Nog steeds mag ons dorpje zich gelukkig prijzen, want we tellen: 1 slager, 1 bakker, 1 postkantoor, 1 apotheker, 1 superette, 1 benzinestation, 2 cafeetjes,1 restaurant, 1 boerenbondwinkel, 2 campings, 1 school, 1 lelijk gemeentehuisje, 1 bibliotheek en 60 sjacheraars die eieren tegen kroppen sla ruilen. Maar hoe lang nog? Madame Badourès van het ene cafeetje met benzinepomp gaat richting de 80. De bakkerij is onlangs gestopt met zelf brood bakken. Christian de beenhouwer is de pensioengerechtigde leeftijd gepasseerd en zoekt wanhopig naar een opvolger. In het andere cafeetje annex restaurant is Bruno gestopt om de tent te gaan verhuren aan een Hollander. Maandelijks gaat er wel iemand dood, ondanks het dagelijkse gevecht dat onze jonge burgemeester levert, die tevens de wijkverpleger is.
Hoe gaat dit dorp met de toekomst om? Voortvarend en ambitieus. Er hangen tegenwoordig honderden geraniums en rozen te bloeien, oude straatjes werden opgeknapt, er kwam weer een weekmarkt, het toerisme wordt gepamperd met een wekelijkse Marché Gourmand op zaterdagavond en zelfs werd afgelopen mei hier het door Culinaire Saisonnier gesponsorde (50 euro) nationale kampioenschap VTT (mountain bike) verreden. De burgemeester heeft via zijn vriendjes gezorgd voor een supersnelle internetverbinding, gratis wifi en een zendmast voor mobiele telefonie. Volgens hem kan het dorp een nieuwe toekomst krijgen dankzij internet. Want waarom zou je met je webshop in het benauwde Parijs blijven zitten terwijl Saint Pompon je toelacht. Inmiddels heeft hij met zijn visie al enkele succesjes geboekt en dat geeft vertrouwen. Er is een kleine superette gekomen waarvan de gemeente de huurlasten draagt. Wally heeft de afgebrande kruidenierswinkel omgetoverd tot luxe chambre d'hôte en ikzelf heb in totaal 3 huizen zorgvuldig gerestaureerd, iedereen draagt zijn steentje bij. Ik weet bijna zeker dat dit dorp mij zal overleven.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten