zondag 14 februari 2010

Mobiel alcohol stoken

Roger Terral woont in Roumegouse, een der piepkleine gehuchtjes van Saint-Pompon. Zijn leeftijd wil hij niet zeggen, maar dat doet er ook niet toe. Feit is dat zijn grootvader in 1902 een mobiele stookinstallatie kocht om er de boeren mee af te gaan. Roger is de derde generatie en doet precies hetzelfde als wat zijn grootvader en vader deden: alcohol stoken. Hij heeft tien gemeentes onder zijn hoede en het principe is eenvoudig. Hij hangt de distilleerderij achter zijn tractor en rijdt naar een dorp. Langzaam en met veel lawaai, want de wielen zijn van massief ijzer. Hij zet het apparaat op een veldje neer, bouwt er een tentje rond en het feest kan beginnen. Eén voor een komen de boeren op afspraak bij hem, met hun peren, pruimen of marc (druivenpersresten). Ze worden geacht hun eigen stookhout mee te nemen. Over het hele produktieproces valt niet zo veel te zeggen, reden waarom we vooral met de camera bezig zijn.
Roger's klant, op de ochtend van ons bezoek, is een boer die bij het dorp Campagnac gevestigd is. Hij heeft een polyculture hetgeen wil zeggen dat hij allerlei dingen produceert. Op de laadbak achter zijn tractor staan enkele vaten met marc en in kwarten gesneden peren, dit naast het nodige brandhout en uiteraard de flessen waarin straks het edele vocht zal worden gegoten. Met veel rook wordt het vuur onder de ketel ontstoken. De eerste stook betreft de marc. Roger doet eerst wat water en dan stro in de stookketel, dat blijkt tegen het aanbranden te zijn. Vervolgens wordt de marc in de massief koperen ketel geschept, waarna het koperen deksel wordt gemonteerd. Omdat de spanschroeven versleten zijn, wordt het deksel vastgezet met simpele houtjes, iets wat ons gevaarlijk lijkt. Tijdens het stoken wordt namelijk een zeer hoge druk ontwikkeld, dat is te zien aan de vele bobbels in de ketel die veroorzaakt zijn door rondvliegende pruimenpitten.











Wanneer het vuur eenmaal fors brandt en de pot langzaam wordt opgewarmd, is het tijd voor de casse croûte. Roger haalt een flesje wijn van eigen makelij, een stuk brood en een worst tevoorschijn. Die worst maakte hij twee weken geleden, nadat hij zijn varken had geslacht. De smaak is super. Om een uur of negen is het stoken begonnen en nu, tegen twaalven, komen steeds meer mensen ten tonele. Het zijn de boeren uit de direkte omgeving die drommels goed weten dat de alcohol bijna daar is. Roger ruikt aan een gaatje in de aftapkraan en knikt tevreden: de alcohol komt eraan!
Het stookproces zal u misschien bekend zijn. Het eenvoudige principe bestaat eruit dat de alcohol in de kookketel sneller verdampt dan het water. De alcohol stijgt op en wordt door een buizenstelsel geleid waardoor de damp wordt gekoeld en weer vloeibaar wordt. Zodra de eerste alcohol uit het kraantje komt, wordt er een alcoholmeter in gezet. Deze wijst aanvankelijk 50° aan, maar stijgt dan naar 80° om daarna weer af te zakken. Het uiteindelijke resultaat van de ochtend is vijf liter Eau de Vie van 60°. Het deksel gaat van de stookketel en de ketel wordt met veel rook en gesis omgekiept. De druivenrestanten met het hooi worden door de boer weer op de tractor geladen, het is een goede meststof. Hier in de Périgord gaat niets verloren. Tot slot haalt de stoker zijn administratie boven, hij moet namelijk formulieren invullen voor de douane: er moeten nog accijnzen worden afgedragen. Op het formulier heet de stoker Bouilleur Ambulant en de klant Bouilleur de Cru. Of op het formulier de juiste hoeveelheden zijn vermeld, is ons niet bekend...












Gevaarlijk?
Op deze manier worden allerlei stooksels gemaakt: pruimen, peren, druiven, aardbeien, kersen, appelen, vijgen en perzik. Die laatste twee waren volgens Roger vroeger verboden, omdat ze veel hoofdpijn en katers veroorzaakten. Logisch, zo denken wij. Want als we het vroeger op school goed begrepen hebben, bestaan de kop en de staart van de stook (de eerste en de laatste alcohol) uit gevaarlijke methyl-alcohol (brandspiritus) in plaats van het nobele ethyl. Vijgen en perziken geven nu eenmaal veel kop en staart. Ach, de kop en de staart, dat is bij de boeren eveneens alcohol. Gevaarlijk? Het gemiddelde mensenleven duurt in de Périgord behoorlijk lang, dus wie maakt zich druk over zijn gezondheid?
Het mobiele stoken is al bijna uitgestorven. Dit komt omdat de stookrechten uitsluitend kunnen overgaan van vader op zoon / kleinzoon. Wanneer de stoker geen zoon heeft, of een zoon die het niet wil, stopt de activiteit en wordt de apparatuur van overheidswege vernietigd. De boeren moeten hun Vieilles Prunes dan maar in de supermarkt gaan kopen. Niet veel stokerszonen zien zich geroepen om het ambacht van vader voort te zetten en ook maken steeds minder boeren van de service gebruik. Logisch, want wanneer een ochtend werken slechts vijf liter drank opbrengt, en deze dan ook nog eens gedeeld moet worden door stoker en klant, en dan ook nog eens de Franse Staat haar deel wil hebben via accijnzen, waar ben je dan mee bezig? In elk geval met je terroir!


















Roger Terral overleed in 2009

1 opmerking:

  1. I think that is right bout that. Nice info and thanks. Need to get in google feed.

    aroma essential oils

    BeantwoordenVerwijderen